De vreemdeling van Emmaüs

In zijn evangelie vertelt Lucas hoe de verrezen Heer Jezus op paasdag verschijnt aan twee leerlingen die op weg zijn van Jeruzalem naar hun dorp Emmaüs (24,13-35).

Ze praten over de dood van de profeet Jezus van Nazaret. Terwijl ze zo met elkaar in gesprek zijn, voegt Jezus zelf zich bij hen, maar ze herkennen Hem niet. Als Hij hen vraagt waarover ze van gedachten wisselen, antwoordt een van beiden: ‘Bent U dan de enige vreemdeling in Jeruzalem die niet weet wat daar deze dagen gebeurd is?’ Het werkwoord dat de Griekse grondtekst gebruikt (paroikein), betekent: ergens als vreemdeling wonen, verblijven, te gast zijn. Het gaat om een voorlopig, tijdelijk verblijf: de reizigers houden de vreemdeling voor een pelgrim die voor het paasfeest naar de heilige stad gekomen is en weer op weg is naar huis. Ze komen aan in het dorp en nodigen Hem aan tafel uit. Daar herkennen ze de Heer aan het breken van het brood.

PNG - 816.2 KiB

De Verrezene is een vreemdeling die met de mensen onderweg is. Hij blijft verborgen tot op het moment waarop Hij het brood breekt. Ja, in het delen van hetzelfde brood, het samen eten aan dezelfde tafel, in het gesprek over wat men meegemaakt heeft, gebeurt de herkenning. Daar openbaart de vreemdeling wie Hij is. Zo gaat het in alle tijden. De verrezen Heer komt als een vreemdeling, een onbekende, die met ons op weg gaat, naar ons luistert en met ons in gesprek treedt, zodat ‘ons hart in ons gaat branden’. En als wij Hem uitnodigen de maaltijd met ons te delen, zullen onze ogen opengaan.

Pieter-Paul Lembrechts SJ
geaccrediteerd bezoeker